dinsdag 29 maart 2016

Woensdag 13 oktober 1976 (G)

Vanavond naar het concert geweest in het cultuurcentrum. Het is altijd de volgende dag dat ik mijn verslag schrijf en nu dus ook. Heb vanochtend een grote domper (bij Ineke overnacht) en hoewel ik zin had in de dag en vroeg ben opgestaan, was de frisse moed snel verdwenen en maakte plaats voor een vervelend gevoel. En dat alles om een foto van Hans Warren. Wat wil het geval: tijdens mijn laatste bezoek aan Kloetinge liet Hans me een paar foto's zien die gemaakt werden door Nico van Keulen. Had hem (Van Keulen dus) geschreven en gevraagd om een kopie van een paar foto's maar dat wekte boosheid op bij de dichter want ik kreeg een ongekend felle brief toen hij op de hoogte werd gesteld door de fotograaf van mijn verzoek. Hij dreigde zelfs de vriendschap op te zeggen en dat alles om een foto! Het is niet te geloven dat een onschuldige vraag tot zoveel misverstanden kan leiden en dat vond en vind ik buitengewoon vervelend. Vandaar dat het gevoel van vanochtend plaats maakte voor een verdrietige want het was nimmer mijn bedoeling hem zo in de gordijnen te jagen. Ik was ook niks van plan met de foto of foto's maar wilde ze gewoon hebben voor mijn collectie Warren. Nou ja, snel uit de hersenpan verwijderen en het concert van gisteren naar boven halen want door alle commotie zou ik dat haast vergeten.
Het concert begon met 'Simple Symfonie' van Benjamin Britten. Erg fraai. Oorspronkelijk voor een amateurorkest geschreven (wist Peter Blom me te vertellen) maar te moeilijk voor amateurs om uit te voeren. Vooral het tweede en vierde deel valt op door de vergelijking en overeenkomst met 18de eeuwse muziek. Tenminste daar lijkt het wel zo nu en dan op.
Daarna Schumann's pianoconcert waar ik niet vreselijk dol op ben. Vooral het 2de deel is vervelend (Intermezzo) en slaapverwekkend. Maar het werd vanavond wel bijzonder mooi uitgevoerd door een gaaf spelende Ilana Vered en de matig begeleidende Hubert Soudant. Echt een dirigent van de tweede garnituur als ik zo mag uitdrukken. De man maakt geen indruk, niet als dirigent en zeker niet door zijn dirigeerstijl want aan stijl ontbreekt het ten ene male, De man zwaait maar wat en hoopt dat de HH musici dat begrijpen want als dat niet het geval zou zijn, werd het een kakofonie van georganiseerde herrie. Neen, een matige dirigent en je vraagt je af van het NFO met zo'n minkukel op de bok aan moet. Vooral in het eerste deel kon je duidelijk horen dat Soudant moeite had de boel bijeen te houden en dat gedoe was te gĂȘnant om te zien.
In het derde en tevens laatste deel waas Vered goed op dreef. Uiterst muzikaal maar ook hier viel op dat er weinig sprake van eensgezindheid . Het werd een kwestie van hollen of stilstaan, vriezen of dooien en er bleven slechts happen, brokken en scherven over. Het werd een onthutsende ervaring: Schumann te horen met zon gebrek aan affiniteit. En dat lag m.i. niet aan  de soliste maar aan het NFO dat het onder Soudant niet lukte een lijn te trekken. Jammer dat Vered zo haar best deed maar keer op keer merkte dat het orkest er maar wat achteraan sjokte.
In de pauze even met haar gepraat en een handtekening gevraagd en gekregen. Wilde nog wat zeggen over de beroerde begeleiding van het orkest maar hield me in. Ze lachte en was erg vriendelijk. Dat weerhield me.
Na de pauze Ravel's 'Daphnis et Chloe', een geweldig werk van deze kleine grote componist. Ik moet zeggen dat het tweede deel goed uitgevoerd werd onder Soudant en het was alsof de man wakker was geworden en plotsklaps besefte dat-ie voor een orkest stond. Opeens was er sprake van een spannende uitvoering met pianissimo spelende blazers, schitterende strijkers en uitgekiende fraseringen. De uitzinnige orgie van het slot was indrukwekkend met z'n felle climaxen om vervolgens weer ijl en broos te klinken. Vreemd dat het eerste deel van dit concert zo teleurstellend verliep en het slot gedenkwaardig. Je blijft je verbazen.
Morgen Satie.

maandag 28 maart 2016

Dinsdag 12 oktober 1976

Met Jan en Ineke naar de Kleine zaal geweest van De Oosterpoort voor een recital dat gegeven werd door de keihard spelende Jorge Bolet. Wanneer de man in Amsterdam speelt is de zaal vol. Kaarten zijn in een paar uur uitverkocht maar hier nauwelijks 200. Ruim plaats dus voor die engerds Dikke Leuter (D. Leutscher) en Maria Stroo. Wat zijn dat vreselijke mensen, wat een ijdeltuiterij. De 'gegoede' burgerij in een klein provinciestadje...vreselijk! En dan heb je nog vriendinnetje Renske Koning, muziekrecensent van het Nieuwsblad en zie daar: het stel is compleet. Ze lopen rond met een verbeelding die stinkt als de pest en kijken voortdurend om zich heen of ze wel bekeken worden. Alle drie zo lelijk als 't maar kan dus daar krijgt een fatsoenlijk mensen geen dorst op. Slecht soort.
Maar goed, dit stukje is niet geschikt om onvrede op te schrijven over de bezoekers maar het pianospel van een der grootste pianisten van dit moment te becommentarieren. Voor deze map, dit dagboek want daar begint het langzamerhand op te lijken.
Dat Bolet een hele grote is (pianist), was meteen te horen aan de sonate nr. 52 van Haydn waarmee hij opende. Mijns inziens een van de weinige interessante sonates; de meeste zijn saai maar juist deze niet. Vooral het Adagio was zeer fraai en Bolet speelde opmerkelijk terughoudend. Zo simpel en tegelijk zo compleet. Dat was goed gekozen want daardoor won het juist in kracht. Het was van korte duur want na dit deel ging hij weer tekeer in de Finale (Presto) en werd het weer een grote brei. Frappant dat de man zo ongenuanceerd? speelde, ik had me dat van te voren anders voorgesteld.
In 'Carnaval' van Schumann, prachtig trouwens, waren eveneens de momenten van fijn en bedaard pianospel ver te zoeken. Er waren natuurlijk kippenvel momenten bij maar over 't algemeen genomen gunde hij de noten geen rust en raffelde het af. Leek het wel. Het was een waterval af en toe en dat bracht verwarring.
In Brahms tenslotte (dat het hoogtepunt van de avond was) viel vooral het 4de deel op. Hier was Bolet op dreef en speelde schitterend. De gekunstelheid van dit deel (Finale) vraagt om een ferme aanpak en dat was aan de pianist wel besteed. Wel viel op dat Bolet dol is op de pedalen die onderaan een vleugel zitten want het klonk toch allemaal wel erg luid ondanks dat er momenten waren van grote schoonheid. Aan techniek ontbreekt het de man ook niet maar misschien had-ie z'n avond niet. Die mensen reizen van stad naar stad - die komen nog eens ergens - en je kunt niet verwachten dat alle pianoavonden dan hoogtepunten worden. We hadden in Groningen de pech dat het niet fantastisch was maar dat neemt niet weg dat het wel een hele grote pianist is.
Als toegift Chopin (nocturne) en als tweede nog een Etude van dezelfde componist (dachten Jan en ik). Hij speelde nog een derde maar ik heb geen idee wat dat was. En nog een vierde zelfs maar dat kende ik ook niet. Wel een erg virtuoos hoogstandje!
Ben benieuwd wat Koning er morgen in de krant over schrijft.