dinsdag 15 september 2015

Woensdag 3 maart 1976 (G)

Alleen naar het N.F.O. geweest. Het orkest stond zoals gewoonlijk onder leiding van Charles de Wolff. Men begon met delen uit de Serenade voor Blazers van Mozart, KV 361. Het werd fraai uitgevoerd en een bewijs van het grote genie van de man uit Salzburg, hij die zo vroeg het leven liet en dit is een verschrikkelijke zin.
Na Mozart het nog niet eerder gehoorde Rhapsodie op een thema van Paganini voor piano en orkest opus 43 van Serge Rachmaninoff. De solist was Theo Bruins in dit fantastische werk! Bruins hoorde ik vorig seizoen al een keer met het tweede pianoconcert van Saint-Saens en maakte toen veel indruk. Hier hebben we te maken met een pianist die elke noot zorgvuldig afweegt - lijkt het wel - en gespeend is van al te veel uiterlijkheden. Een ingetogen speelstijl, een prachtig toucher, nergens grof of knetterhard, kortom, er viel veel te genieten vanavond. Dat vonden kennelijk meer mensen want de laatste tonen waren nog niet de zaal ingeslingerd, of een stormachtig applaus brak los. Bruins kwam tot vier keer terug en genoot zo te zien van de bijval. In de pauze ben ik een handtekening gaan halen (die ik trouwens ook al had gekregen na Saint-Saens) van de solist en van De Wolff die ook in de coulissen rondliep.
Tot slot de derde symfonie van Schumann "Rheinische" op. 97 dat goed werd uitgevoerd hoewel de blazers het af en toe danig lieten afweten. Het vierde deel, van de vijf, is anders en de beschrijving 'koraalachtig' zoals in het programmablaadje staat vermeld, is wel voorstelbaar. Het lijkt er op dat Schumann dit deel uit een nadere symfonie 'plukte' en hier heeft ingebracht. Op de een of andere manier past dit vierde deel deel niet tussen de rest, het is niet uit dezelfde compositie zo lijkt het wel.
Een fijn concert was het kortom, de zaal zat vol en dat is prettiger dan wanneer er maar een handjevol mensen is op komen dagen.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten