zaterdag 23 april 2016

Zaterdag 18 december 1976

Naar een concert geweest in het Concertgebouw samen met, toe maar weer, Cees Steeman. Het Amsterdams Philharmonisch Orkest speelde o.l.v. Lawrence Foster en als solist had men Aldo Ciccolini gevraagd. Een goede keus ondanks een matige uitvoering. Maar eerst de belevenissen van gisteravond toen ik in Amsterdam arriveerde. Was uitgenodigd voor de zgn. Demetrios-borrel die uitgever Bert Bakker schonk ter gelegenheid van het verschijnen van de roman van Hans Warren, zijn eerste. Om vijf uur in de middag werden we verwacht en iedereen was aanwezig. Het zijn steeds dezelfde die voor dit soort sessies komt opdagen en dus ontwaarden we Mensje van Keulen, Gerrit Komrij + die vreselijke vriend, Jacques Asselman, Adrie van Griensven en vanzelfsprekend het feestnummer zelf. Iedereen kreeg een genummerd exemplaar van het boek (je moest het opensnijden) mee naar huis. Na de plichtplegingen en de genoten KLM-hapjes en de nodige sherry's, ben ik vertrokken op weg naar Steeman voor de volgende happening. Die bestond uit een bezoek aan het perceel van een zekere Frans Latour, een bemiddelde homoseksueel in Buitenveldert, die in zijn huis exposities organiseert en dit keer een zekere Mickey Rooney had gevraagd zijn gouaches te laten zien. Prullaria op z'n best.
Een verzameling bekakte en vreselijk overdreven pratende mensen. Heb nog nooit zoveel nichten op één plek gezien dan deze keer bij die over het paard getilde Latour. Maar goed, geen geklaag verder want de drankjes waren prima en die heb ik me goed laten smaken. Werden geserveerd door een jongen die Sybert-Jan Zwarts heette en zijn verpletterdende schoonheid was onverdraaglijk. Deed me pijn aan de ogen. Enigszins aangeschoten zo'n prachtige jongen te zien met dienbladen vol drankjes is een regelrechte kwelling. Hij vertelde op de hotelschool in Heerlen te zitten dus binnenkort maar eens richting Limburg. Stel je voor.....
De volgende dag (zaterdag) ben ik heen en weer gesjeesd naar hier om vervolgens weer tegen zessen in de hoofdstad terug te keren. Waarom lukt het me toch niet om in Amsterdam een huis te vinden, ik snap er niks van. Ben vaker in Amsterdam dan in Groningen dus is het logisch dat ik zo langzamerhand hier naar toe verkas. Maar op de een of andere manier komt het er niet van.
Sybren was opmerkelijk vriendelijk toen ik thuis kwam en serveerde koffie, broodjes, soep en veel fruit. Hij vertelde dat-ie smiddags een bezoek had gebracht aan Gerrit Krol en zijn laatste boek cadeau had gekregen. De mazzelschieter!
Dan nu het concert. Het vijfde pianoconcert (bijgenaamd het "Egyptische") van Saint-Saëns. Een beetje saaie uitvoering van dit werk. De tweede en de vierde zijn nog wel te pruimen maar de vijfde is echt saai. Vond er weinig aan maar dat kan ook komen door dat heen en weer gereis en de daardoor ontstane vermoeidheid. In de pauze ben ik naar boven gerend om de handtekening van de pianist te halen. Een beetje verwijfd type onze Ciccolini. Maar goed, het zijn ook mensen.
Na de pauze Mahler onder deze operette-dirigent.  De stijl van dirigeren is van het allerergste soort. Waarschijnlijk in de leer geweest bij Willy Boskovsky. Hoewel de vijfde van Mahler niet zo vreselijk klonk onder zijn directie. Dat was hoofdzakelijk te danken aan het orkest dat zijn uiterste best deed Foster's aanwijzingen op te volgen. Het Amsterdamse publiek is natuurlijk verwend met Bernard Haitink en zeker met Mahler is deze gigant haast niet te evenaren.
Maar echt slecht was het ook niet, 'anders' wel. Het derde deel van deze symfonie (Scherzo) is ronduit langdradig. Maar dan komt het Adagietto gevolgd door het onstuimige Rondo (Finale) en ben je er weer bij. Toch wel knap dat Foster het orkest door de partituur wist heen te loodsen. De blazers waren hier en daar de weg kwijt want zaten er vaak naast.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten